Historisch Archief Beltrum

Zoek

Info Grolseweg

Grolseweg

.

Info

Info Grolseweg

Gebouwd van 1976 t/m 1991

We hadden in 1976 veel jonge mensen aan de Grolseweg. We gingen de buurt in met de vraag of we als Grolseweg een corsowagen wilden bouwen. Het resultaat was dat iedereen, van de familie Stapelbroek aan de rand van het dorp tot aan Theo en Anny Groot Zevert aan de Frankweg, mee wilde bouwen aan de corsowagen van de Grolseweg.

 

Groepshistorie

Met de wagen Ora et labora haalden we in ons eerste jaar gelijk de eerste prijs. Wat hebben wij een feest gevierd, een geweldige kermis gehad. De eerste prijs was ook de stimulans om het jaar erop weer een wagen te bouwen. We waren verkocht.
In de jaren dat we een corsowagen bouwden, wisselden we nogal eens van bouwlocatie. Vaak omdat de locatie te klein werd. De eerste wagens bouwden we bij Klein Gunnewiek en Borgijink aan de Grolseweg. Vervolgens togen we naar de schuur van dierenarts Winter aan de Ringweg. Daar hebben we fantastische jaren gehad. Winter wilde nooit een vergoeding voor het gebruik van zijn schuur hebben, maar stelde er wel prijs op dat we de schuur wat opknapten. Zo hebben we de hele schuur eens helemaal in de carboleum gezet. Omdat ook de schuur van Winter te klein bleek, weken we uit naar Anton en Coby van de Mulder (Groot Zevert). Het voorbereidende werk deden we bij Joop en Corrie Ribbers, maar de daadwerkelijke opbouw en het plakken gebeurde bij de Mulder. Enkele weken voor de kermis moest er een grote tent gebouwd worden. Daar hebben we mooie wagens gebouwd. Die van Laurel en Hardy bijvoorbeeld. Een prachtige wagen, die door de jury niet met een eerste prijs werd beloond. Onterecht, vinden we nog steeds. De jury had vast niet in de gaten dat het om een zwart-wit film ging. De wagen had menigeen trouwens slapeloze nachten bezorgd. Aan het balkon op de wagen hing namelijk een ezel. Als die maar bleef hangen met bloemen er op. Het laswerk bleek echter geen prutswerk maar stark wark.

 

De groep Grolseweg bestond uit zo’n tien vaste bouwers, die in het laatste weekeinde werden bijgestaan door zo’n vijftig helpers. Eind jaren tachtig liep het aantal vaste bouwers en helpers echter langzaam maar zeker terug. De groep werd te klein om een mooie wagen te bouwen en de dahliabollen goed te kunnen onderhouden.
Daarnaast speelde mee dat het financiële plaatje er steeds slechter uit kwam te zien. We hadden te weinig bollen om hier een interessante winst mee te kunnen maken. De bijdrage van 25 gulden per verdienend lid was te klein om alles te kunnen betalen. Zelfs het bouwen van een tweede wagen, om extra prijzengeld te kunnen scoren, zette onvoldoende zoden aan de dijk. Na het corso van 1991 hebben we er een punt achter gezet. Maar de vaste kern bleef wel bij elkaar. Tot 2008 bouwden we met de kinderen een wagentje en daarna een feestje.

Anekdote

Nadat de wagen om vier uur ’s nachts klaar was, stapten Martin te Woerd en Jan Garstenveld in de oranje Kadett coupé van Jan om naar huis te gaan. Toen dook plotsklaps de politie op. De mannen gingen snel naar binnen en trokken een halve liter los. Benny Nijhuis kwam er achteraan en moest toen blazen. Bij de vraag waar de oranje auto was gebleven haalde hij zijn schouders op. Voor hem is het ook met een sisser afgelopen.